Kraantje Lek: waar duinzand, dorst en kinderverhalen samenkomen.

Kraantje Lek: waar duinzand, dorst en kinderverhalen samenkomen.

Kraantje Lek, gelegen aan de voet van de Blinkert, kent een geschiedenis die teruggaat tot de tijd van Napoleon. Rond 1811 bivakkeerden hier Franse troepen in het duin, met zicht op het strategisch gelegen pad naar Zandvoort, Haarlem en de Haarlemmermeer.  De plek dankt haar naam aan een lekkende kraan met vers duinwater, tegenover de beroemde ‘Holle Boom’ volgens overlevering de geboorteplaats van kindertjes tot schrik én vermaak van generaties Haarlemse kleuters.

Langs dit pad liepen Zandvoortse vissersvrouwen van de Grote Markt terug naar huis, de emmers leeg, de benen moe. Bij de boom werd halt gehouden, niet alleen voor een slok fris duinwater, maar naar verluidt ook voo een troostende borrel. In het nabijgelegen café, dat al sinds de 18e eeuw bestaat, vloeide meer dan alleen bronwater. Kraantje Lek was en is een plek van verhalen, pauzes en de kunst van even stilstaan in beweging.

Vandaag de dag kun je er nog altijd gratis duinwater tappen bij het originele kraantje. De Holle Boom is inmiddels door beeldend kunstenaar Kees Verkade in brons vereeuwigd en nog steeds een spannend speelelement. Er is een speeltuin, een sfeervol restaurant met Jachtkamer en het Tuighuis voor bijeenkomsten. Kraantje Lek is niet alleen een pauzeplek aan de duinrand, maar ook een tastbare herinnering aan hoe historie, landschap en volksverhalen in Kennemerland naadloos in elkaar overvloeien.

 

Gerelateerde Nieuwsberichten

Klein Bentveld: erfgoed met een eigen koers

Klein Bentveld: erfgoed met een eigen koers

Wie Landgoed Klein Bentveld zegt, zegt visie in baksteen. Rond 1923 liet G. van Tienhoven hier een Buitenplaats bouwen naar ontwerp van Andries de Maaker, met een parkplan van Leonard Springer. Over het terrein liep ooit een Vinkenbaan waar de families Van Lennep en Enschedé jaagden op zondag, toen nog mét hoed, zónder vergunningsplicht. Dit was wonen als buitenmens met stand, smaak en een geweer in de kast.

Een zelfvoorzienend landgoed.

Een zelfvoorzienend landgoed.

Lang voordat de term ‘off-grid’ hip werd, bestonden er in Kennemerland al buitenplaatsen die volledig in hun eigen onderhoud voorzagen. Eén daarvan was de voorloper van het huidige Klein Bentveld: een zelfvoorzienend landgoed met moestuin, boomgaard, waterput, kippenhokken en zelfs een eigen bakhuis. Alles wat nodig was voor een comfortabel bestaan, werd ter plekke verbouwd, geoogst, gemolken of gebakken.

De geest van Landgoed Elswout

De geest van Landgoed Elswout

Landgoed Elswout is een uniek verhaal, dat start in 1633 onder Carel Jansz.du Moulin en later door Gabriel Mercelis werd voltooid die het zijn naam Elswout (Els’woud’) gaf. Hij liet o.a. de Marcellisvaart graven om zand af te voeren waarmee de aanleg van de buitenplaats financieel werd ondersteund. De invloedrijke familie Borski versterkten hun maatschappelijke positie via investeringen in het landhuis en het landschapspark, dat een voorbeeld wordt van klassieke buitenplaatscultuur. De omliggende waterpartijen, de slingerpaden en zichtassen tonen de ambitie om grandeur, functionaliteit en natuurbeleving samen te brengen, een aanpak waarin Elswout zich duidelijk onderscheidt van andere buitenplaatsen.