Het Kinheimpark: een dorp in een dorp.

Het Kinheimpark: een dorp in een dorp.

Wie de Iepenlaan van Bloemendaal inrijdt, passeert de poort van het Kinheimpark. De gemetselde zuilen uit 1924 staan er nog altijd als stijlvol entree, een subtiele hint dat deze wijk een eeuw geleden iets bijzonders durfde te doen.

Want in een dorp dat bekendstond als exclusief villadorp, waar alleen de gegoede klasse zich een plek kon veroorloven, was het Kinheimpark een kleine revolutie. Hier kwamen huizen in Amsterdamse School-stijl mét rode bakstenen, erkers en een kap gedekt met pannen of riet, bereikbaar voor leraren, ambtenaren en middenstanders. In 1924 was de koop voor 6.000 gulden nét haalbaar. Al grapt een huidige bewoner: “Van mijn leraarsalaris zou ik me de koopsom van vandaag niet meer kunnen veroorloven”.

Het bijzondere van het Kinheimpark is dat de buurt in honderd jaar nauwelijks veranderd is. Niet alleen qua bebouwing, maar ook niet qua karakter. Nog steeds wonen er artsen naast ondernemers en creatievelingen naast leraren. Een dorp in een dorp, zoals architect Jacob van Aken en dichter A. Roland Holst al ontdekten toen zij er hun inspiratie vonden.

Zelfs de details dragen een glimlach: huisnummers 13 werden overgeslagen uit bijgeloof en de buurtvereniging met speeltuin is er nog steeds. Precies dát is wat deze buurt onderscheidt geen stenen alleen, maar samenhang en verhalen die blijven hangen.

Voor een makelaar is het bijna valsspelen: huizen met karakter, een buurtgevoel dat geen uitleg behoeft én een eeuw lang bewezen woongenot. In het Kinheimpark lever je niet zozeer een huis, maar een rol in een levend verhaal én dat verkoopt.

 

Gerelateerde Nieuwsberichten

Villa Elsduin Aerdenhout, bij sommige huizen ben je geen gids, maar wordt je rondgeleid.

Villa Elsduin Aerdenhout, bij sommige huizen ben je geen gids, maar wordt je rondgeleid.

Er zijn van die huizen waar je niet begint met de voordeur, maar met de stilte eromheen. Elsduin is zo’n plek. Een villa die in 1908 werd gebouwd door K.P.C. de Bazel, bedoeld als woonhuis én atelier voor beeldhouwer F.B. Roorda. Dat verklaart misschien waarom het huis niet alleen staat, maar poseert. Alsof het weet dat het ontworpen is om gezien te worden én tegelijk om rust te bewaren.

De Kroft:  Een onverwachte sprong om de makelaar bij de les te houden.

De Kroft: Een onverwachte sprong om de makelaar bij de les te houden.

De Kroft ligt precies op de overgang van het Oosterduin naar het strandvlak. Aan de Oostzijde daalt het terrein, waardoor de kelder aan de straatzijde ineens onderhuis wordt. Smits zag deze complexe ligging niet als beperking, maar als kans. Hij ontwierp niet alleen de gevels en vormen, maar ook het interieur én de volledige tuin. Van lambriseringen tot zichtlijnen in het groen: alles is één totaalcompositie, zoals alleen de vroege twintigste eeuw dat durfde.

Ezeltjes, Landauers, Calèches en Vicotria’s…

Ezeltjes, Landauers, Calèches en Vicotria’s…

Aan de Zomerzorgerlaan in Bloemendaal staat een gebouw, dat meer vertelt dan zijn rustige gevel doet vermoeden. In 1901 verrees hier de nieuwe stalhouderij van de gebroeders Böttger, ontworpen door W.P. Nederkoorn. Een bescheiden pand, maar gebouwd op een fundament van familietradities die teruggaan tot Johannes Godfried Böttger, die al in 1817 vanuit Zierikzee naar Bloemendaal trok. Generaties lang verzorgden de Böttgers vervoer voor het dorp en de buitenplaatsen: paarden, ezels, karren en later de eerste koetsdiensten. De stalhouderij werd een vertrouwd ankerpunt in het dorpsritme, waar bedrijvigheid en dienstbaarheid hand in hand gingen.